Op 18 april 2025 werd de voorjaarsnota 2025 werd gepresenteerd. Voor wie niet alle 286 pagina’s wil doorlezen, is er een visuele samenvatting of een overzichtspagina. Een dag eerder mochten de coalitiepartijen al aan de pers vertellen welke ‘cadeautjes’ ze uit de wacht hadden gesleept na een marathonoverleg.
Toch kan het lastig zijn om uit alle berichtgeving de plannen te destilleren die de grootste impact hebben op jouw werk: financieel advies geven. In dit artikel schetsen wij puntsgewijs de belangrijkste plannen voor jouw praktijk.
Woningmarkt
Er wordt niets gezegd over de eigenwoningregeling. Zoals in het coalitieakkoord was afgesproken, wordt er niet verder gemorreld aan hypotheekrenteaftrek. Los van de fiscaliteit, gebeurt er wel het een en ander op het gebied van de woningmarkt.
Door bevriezing van de huren in de sociale huursector in 2025 en 2026, gaan huurders van 2,3 miljoen sociale huurwoningen erop vooruit. Overigens is nog niet precies duidelijk of deze bevriezing alleen voor corporaties geldt, of ook voor particulieren die een woning onder de sociale huurgrens verhuren. Voor die particulieren zou het een extra strop zijn. Door de bevriezing komt de financiering van nieuwe woningen ernstig in gevaar, stellen de woningcorporaties. De bouw van 170.000 woningen (volgens corporaties) of 85.000 woningen (volgens minister Keijzer) kan niet doorgaan, ook niet met een gedeeltelijke compensatie over de komende drie jaar.
Er is veel kritiek op dit plan, juist vanwege het feit dat wachtlijsten voor een sociale huurwoningen nog langer zullen worden. Omdat de bevriezing ook gaat gelden voor ‘scheefhuurders’ met een te hoog inkomen voor een sociale huurwoning, zal de doorstroming verder afnemen. Overigens wordt ook de huurtoeslag verhoogd, waardoor de groep sociale huurders met een laag inkomen een dubbel voordeel krijgt.
In Kamerdebatten volgend op de voorjaarsnota, is het huurplan ‘amateuristisch’ en ‘broddelwerk’ genoemd. Volgens het Waarborgfonds Sociale Woningbouw komen 140 van de 262 woningcorporaties al op korte termijn in de financiële problemen. De woningcorporaties wijzen erop dat de huurbevriezing bovendien in strijd is met de Nationale Prestatieafspraken. Corporaties hebben beloofd jaarlijks 30.000 sociale huurwoningen bij te bouwen in ruil voor een matige jaarlijkse huurverhoging. Zonder die huurverhoging is de bouw financieel niet haalbaar. De woningcorporaties dreigen inmiddels met een rechtszaak.
Opvallend is dat een eerder afgeschoten idee van minister Keijzer over een extra verhoging van de huur in de middensector, nu toch een meerderheid lijkt te krijgen. Door de WOZ-waarde meer mee te laten tellen in het puntensysteem, extra puntenaftrek te geven voor woningen zonder tuin of balkon, et cetera, kunnen sommige middenhuren met enkele tientjes tot iets meer dan € 100 per maand omhoog. Dat zou het uitponden van deze categorie woningen een halt toe moeten roepen.
Critici stellen dat het voor particulieren ook met een kleine huurverhoging niet loont om een middenhuurwoning aan te houden. De box 3-heffing is daarvoor simpelweg te hoog, zeker omdat voorlopig geen kostenaftrek lijkt te worden toegestaan in de tegenbewijsregeling – en het forfaitaire rendement omhooggaat (zie hierna).
Dekking van de plannen
Veel van de plannen kosten geld. Niet alleen de hogere huurtoeslag, maar ook diverse andere afspraken, zoals lagere energiebelasting. Om het geld daarvoor op te halen, zijn er in de inkomstenbelasting de volgende maatregelen aangekondigd:
De IOAZ (Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte zelfstandigen) wordt vanaf 2028 afgeschaft voor nieuwe gevallen. Die laatste maatregel is uiteraard geen maatregel uit de IB-sfeer, maar we noemen hem hier onder de gevolgen voor ondernemers. Er zijn nog twee andere maatregelen in de sociale zekerheidswetgeving aangekondigd, die we in een apart bericht verder uitwerken.
Het Centraal Planbureau heeft overigens doorgerekend dat deze lastenverzwaringen de extra uitgaven niet helemaal dekken. Het begrotingstekort loopt daardoor nog iets verder op dan op basis van een eerdere begroting. Het tekort komt in 2025 uit op 2,3% en volgend jaar wordt dat 2,8%. Daarmee schuurt het kabinet dicht tegen de maximale grens van 3% aan.
Voor jouw adviespraktijk
De gevolgen van deze plannen op financieel advies zijn nog niet helemaal duidelijk. Het meest concreet kun je stellen dat vermogen in box 3 zwaarder belast gaat worden. En dat het inkomen (waaronder het eigenwoningforfait) mogelijk eerder in de 49,5%-belastingschijf gaat vallen, terwijl de renteaftrek beperkt is tot 37,48%. Door aan de indexatieknop van de tariefschijven te draaien, wordt advies op basis van netto-inkomsten en uitgaven des te belangrijker. Iets wat SEH al langer voorstaat.
Verder vrezen woningcorporaties dat de woningmarkt verder op slot gaat, als de plannen ongewijzigd worden doorgezet. Zonder de benodigde huurinkomsten zal het tekort aan woningen alleen maar oplopen. Wellicht dat het uitponden van huurwoningen (vooral appartementen) van particuliere verhuurders nog enige tijd aanhoudt, wat starters op de woningmarkt tijdelijk extra kansen biedt en jou als adviseur dus ook.
De wijzigingen in sociale zekerheidswetten, zal echter ook zeker impact op jouw adviespraktijk hebben! Zie daarvoor het volgende artikel.