Inloggen
Kennisbank

Druk op normalisering Wwft-toezicht neemt verder toe

19 mei 2022

Rechtszaak Bunq tegen DNB
Banken en andere financiële dienstverleners klagen al lang over de interpretatie van hun taken over de Wet ter voorkoming van Witwassen en Financiering van Terrorisme (Wwft).Het openbaar worden van een geschil tussen Bunq en De Nederlandsche Bank (DNB) voert de druk op de toezichthouder DNB op om hun beleid te heroverwegen. Al vier jaar is er onmin tussen de nieuwkomer in de bankenwereld en DNB. Doordat ze er onderling niet uitkomen, ziet de bank geen andere uitweg dan een rechtszaak tegen DNB aan te spannen. Daarmee is deze zaak in april 2022 openbaar geworden.

DNB hanteert schijnbaar een nogal ouderwetse methode om voor te schrijven hoe Bunq klanten moet screenen. Bunq heeft daar zelf een algoritme voor ontwikkeld, dat op 500 verschillende variabelen toetst in hoeverre er een risico is. DNB heeft liever dat in plaats van deze meting, er slechts aan de klant gevraagd wordt wat hij met de rekening van plan is. Dat is tenminste de uitleg van de topman van Bunq. Volgens hem leidt de vraag van DNB tot schijnveiligheid. Een klant die van plan is geld wit te wassen, zal dit waarschijnlijk niet zo snel meedelen bij het openen van een rekening, is zijn redenering. De mededeling van DNB dat ze geen behoefte hebben aan een eigen invulling door Bunq van het cliëntonderzoek, maar dat ze verwachten dat “Bunq doet wat wij willen”, zet ook kwaad bloed bij Bunq.

Naar nu blijkt, scharen vele banken zich achter hun collegabank. Dat doen ze anoniem. Het Financiële Dagblad (link alleen voor abonnees) tekent uit de mond van hooggeplaatste bankiers op dat ze al 10 jaar vinden dat de Wwft niet uitvoerbaar is, op de wijze zoals nu van ze verwacht wordt. Maar als ze kritiek uiten, leidt dat tot meer controles en reprimandes. Daarom hielden veel banken zich in het openbaar stil, zo stelt een anonieme bron van het FD.

Meerdere toezichthouders
De hele financiële wereld, in elk geval die in Nederland, piept en kraakt onder de druk van antiwitwaswetgeving. De uitvoering van de Wwft heeft gigantisch veel impact, waarbij de bedoelde resultaten lijken uit te blijven.Wat het erg lastig maakt, is ook dat zoveel partijen hierop toezicht blijken te houden. Naast de ruzie tussen DNB en Bunq, heeft DNB al eerder een last onder dwangsom opgelegd aan de Rabobank. DNB heeft een nog veel groter arsenaal aan op te leggen maatregelen, van boetes tot zelfs intrekking van de vergunning. Maar niet alleen DNB houdt toezicht. 

Het zal u niet ontgaan zijn dat de grootbanken ING en ABNAmro al meer dan € 1 miljard aan ‘schikkingen’ van het Openbaar Ministerie hebben getroffen. Het woord ‘boetes’ mogen we niet gebruiken, want officieel is er geen veroordeling geweest. En ook de AFM legt boetes op voor het niet-naleven van de Wwft, zoals recent nog bij Robeco. En dat is dus wel echt een boete, hoewel Robeco de zaak nog kan voorleggen aan een rechter.

Kosten en mankracht lopen uit de hand
Zoals we al eerder schreven, durven banken zich steeds meer te roeren tegen het toegenomen beleid. Niemand beweert dat witwassen gedoogd moet worden, maar Nederland heeft wel een zeer strenge interpretatie van de Europese wetgeving doorgevoerd. En de uitvoerbaarheid daarvan wordt nu erg duur: rekeninghouders merken dat nu al bij verschillende banken. Die krijgen de kosten doorberekend in de vorm van hogere prijzen voor betaalrekeningen, soms met stijgingen van 50% of meer.

In antwoord op Kamervragen in december 2021 blijkt dat inmiddels circa 12.000 van de 66.700 medewerkers bij banken zich bezighouden met compliance, onder meer de Wwft. Dat is 18% van alle medewerkers. ABN Amro bleek op groepsniveau bijna € 1,87 miljard kwijt te zijn geweest aan alleen het Wwft-dossier in 2021. Dat is inclusief een schikking, salariskosten, et cetera. Dat drukt de winst, die in elk geval niet in de vorm van dividend uitgekeerd kan worden aan de grootste aandeelhouder: de Staat, ofwel de belastingbetaler. Indirect merkt iedereen hier dus iets van.

De kosten voor het werk van de toezichthouders zelf, merkt de wetgever niet: die betaalt u als financiële dienstverlener, omdat zowel AFM als DNB de facto een ongelimiteerd budget kunnen doorberekenen aan de sector zelf. Er zijn theoretische begrotingen, maar die blijken niet gehaald te worden, zonder gevolgen voor die toezichthouder.

Niet alleen banken
Niet alleen grootbanken worstelen met deze wetgeving. Ook consumenten hebben er steeds meer last van. Klagende bankklanten krijgen ongelijk van het Kifid, als ze weigeren allerlei detaillistische (vervolg)vragen te beantwoorden over transacties van of naar hun rekeningen. De bank betoogt dat ze verplicht worden deze vragen te stellen en het Kifid kan niet anders dan de bank daarin gelijk geven. Zelfs als het Kifid aangeeft begrip te hebben voor de kritiek op en onvrede met de vele uitgebreide vragen. Hetzelfde geldt voor ondernemers of ondernemingen aan wie diepgaande vragen worden gesteld, die naar de mening van de bank onvoldoende beantwoord worden. Rechters geven in die gevallen regelmatig de bank gelijk. Ook notarissen en makelaars liggen onder vuur: ook zij zouden meer moeten doen tegen witwasconstructies (zie pagina 47 van het verslag).

2/3e UBO’s nog niet geregistreerd ten tijde van deadline
Op 27 maart 2022 sloot de uiterste inschrijvingsdatum van Ultimate Beneficial Owners (UBO’s) in het UBO-register. Ook dit register wordt ingevoerd om criminaliteit te vermijden, terwijl volgens Privacy First zou blijken dat 99,99% van de UBO’s niets met witwassen of financieren van terrorisme te maken heeft. Op 27 maart 2022 bleek ruim 37% zich ingeschreven te hebben. Anders gezegd: bijna 2/3e had zich nog niet ingeschreven, of was nog niet geregistreerd (veel UBO’s hebben tot het laatste moment gewacht). Vooral Stichtingen en Verenigingen (met ongeveer 18% registraties) blijven achter. Het zijn vaak vrijwilligersorganisaties met particulieren die door inschrijving grote financiële risico’s lopen (aansprakelijk worden), hun privacy grotendeels opgeven èn zeer veel tijd kwijt zijn aan administratieve verplichtingen.

Er is op 6 april 2022 wel een motie aangenomen waarin is opgeroepen het UBO-register nog niet al te actief te handhaven. Dit zou meer ‘risico gebaseerd’ moeten gebeuren. De motie is door veel partijen aangenomen, overigens dezelfde als die voor strenge invoering van het UBO-register hebben gestemd. Er loopt wel een rechtszaak voor het Europese Hof om het UBO-register ongedaan te maken. Deze zaak is aangedragen door een Luxemburgse rechter, maar ook Nederlandse advocaten zijn er mee bezig.

Ook van belang voor u als adviseur
Als financieel adviseur merkt u mogelijk nog niet zoveel van de steeds strengere wetgeving, dan wel de handhaving daarvan. Toch zal dit wel steeds meer gebeuren. Een klant die eigen middelen inbrengt bij aankoop van een woning, dan wel verbouwing, moet steeds vaker en uitgebreider kunnen aantonen waar dat geld vandaan komt. Het lastige is dat het eerste antwoord op die vraag niet genoeg is: een antwoord als “dat is spaargeld” is onvoldoende. Het moet aangetoond worden aan de hand van een overzicht van jarenlang spaargedrag. Datzelfde geldt voor andere bronnen, zoals een schenking of erfenis.

Als de huidige wetgeving op deze manier gehandhaafd blijft worden, zullen u en uw klanten steeds meer gaan merken van de plicht om te verklaren waar geld vandaan komt. Hopelijk komt er geen moment dat u uw klant tegelijk met uw factuur voor advieskosten een uitgebreid formulier moet laten invullen, waaruit blijkt hoe de klant uw advies kan betalen.