Herinvoering Basisbeurs

06 jul 2023

Vanaf 1 september 2023 start het nieuwe studiejaar. Voor alle studenten geldt vanaf dat moment dat ze weer recht hebben op een basisbeurs vanuit de studiefinanciering. Het leenstelsel is verleden tijd.

Ook zijn de bedragen per maand van de basisbeurs bekend:

Thuiswonend: € 110,30
Uitwonend: € 274,90, vermeerderd met € 164,30 in het kader van een tijdelijke koopkrachtmaatregel. Dit extra bedrag geldt voor één jaar. In totaal dus (tijdelijk) € 439,20.
Maximale aanvullende beurs: € 416 (voor ouders met een verzamelinkomen tot € 70.000)
Lening: € 266,97
Collegegeldkrediet: € 192,83

Alles bij elkaar opgeteld betekent dit een studiefinanciering van maximaal € 1.315 per maand voor een uitwonende student. Daarnaast hebben studenten recht op een ‘studentenreisproduct’ ofwel een OV-chipkaart.

Vanaf 19 juni 2023 kon de studiebeurs worden aangevraagd, wat massaal gebeurd is.

Mbo-student is nu ook gewoon ‘student’
Met de herinvoering van de basisbeurs, is bovendien de aparte status van mbo-studenten verdwenen. Zij kregen een lagere studievergoeding dan studenten in het hoger onderwijs (hbo en universiteit). Ook de aflosperiode van de studieschuld was voor mbo-studenten korter (15 jaar) dan voor HO-studenten (35 jaar). En er gold een bovengrens voor bijverdiensten voor mbo’ers (sinds 2020 niet meer voor HO-studenten). Deze verschillen verdwijnen.

Er zijn nog twee verschillen tussen HO- en mbo-studenten:

Het collegegeldkrediet is niet beschikbaar voor mbo-studenten, maar alleen voor HO-studenten.
Voor een studiebeurs moet de mbo-student 18 jaar of ouder zijn. Dat geldt niet voor een HO-student.

Tegemoetkoming studenten leenstelsel
Voor (oud-)studenten onder het “sociale leenstelsel”, is terugkeer van de basisbeurs behoorlijk wrang. Zij hebben in de studiejaren 2015/2016 tot en met 2022/2023 vooral geleend, en zitten nu vaak opgezadeld met hoge studieschulden. Deze studenten krijgen een tegemoetkoming van € 29,92 per maand, waarbij maximaal het aantal maanden gerekend wordt van de totale studieduur. Voor een studie waar 4 jaar voor staat, geldt dan dus een tegemoetkoming van 48 x € 29,92 = € 1.416. De tegemoetkoming geldt niet voor studenten die alleen recht hadden op een collegegeldkrediet of levenlanglerenkrediet. De tegemoetkoming hoeft niet aangevraagd te worden. Deze wordt automatisch uitgekeerd of in mindering gebracht op de studieschuld.

Voor studenten in het hoger onderwijs die in de studieperiode 2015/2016 tot en met 2018/2019 studiefinanciering hadden, geldt een extraatje: de studievoucher tegemoetkoming. Voorheen was de studievoucher een tegoedbon die kon worden ingezet voor een extra studie. Dit wordt een extra geldbedrag van ongeveer € 1.850. Dit geldt alleen voor de studenten die binnen 10 jaar een hbo bachelor of universitaire master behaald hebben. Ook voor dit extra bedrag hoeft de oud-student niets te doen, indien hij ervoor in aanmerking komt. Op zijn vroegst wordt de tegemoetkoming in januari 2025 toegekend.

Voor uw praktijk – vooral in de toekomst
Het zal niet vaak gebeuren dat u een student in zijn jonge jaren adviseert over aankoop van een woning. Wat veel vaker gebeurt, is dat u klanten krijgt die nog een studieschuld hebben. U moet daar rekening mee houden in de berekening van de leencapaciteit.

Allereerst zal een aantal oud-studenten een tegemoetkoming krijgen, die de studieschuld ietwat verlaagt. Dat verhoogt dus de leencapaciteit. Er zijn bovendien meerdere partijen die een hogere tegemoetkoming bepleiten. Als daar een meerderheid (en de financiële middelen) voor gevonden zouden worden, ligt de afboeking op de schuld wellicht hoger.

Ten tweede zal een studieschuld in de toekomst minder hoog uitvallen dan die van de generatie studenten in de periode van 2015 tot 2023. Ook dat zal betekenen dat een minder groot deel van het inkomen naar de studieschuld zal gaan, en dus meer mogelijk is op het gebied van het hypothecair krediet.

Tot slot betekent invoering van de Basisbeurs wellicht ook dat ouders minder hoeven te reserveren voor een studerend kind. Dat kan in de budgettering van financieel advies aan die ouders ook schelen.