Inloggen
Kennisbank

Vrijstelling jubelton alleen als echt voldaan wordt aan partnerbegrip

17 feb 2022

Op 25 januari 2022 werd een uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam gepubliceerd in een zaak waarbij de hoge schenkingsvrijstelling eigen woning, de ‘jubelton’, een rol speelt.

De casus
De schenking van € 100.800 vindt plaats in 2018. Dat was toen de hoogte van de vrijstelling. De schenker is de moeder en de ontvanger is de zoon. De schenking wordt gebruikt voor de eigen woning. Er wordt een beroep gedaan op de eenmalige hoge schenkingsvrijstelling.

Er gelden meerdere voorwaarden aan die hoge vrijstelling. Eén daarvan is dat de ontvanger niet ouder mag zijn dan 40 jaar (inclusief de 40ste verjaardag). In 2012 zijn in een Besluit diverse goedkeuringen opgenomen over de schenkingsvrijstellingen. In 2018 is in een update van dat besluit goedgekeurd dat voor deze leeftijdsgrens ook de leeftijd van de partner van de ontvanger geldt. Hierin is de goedkeuring bovendien nader uitgelegd (zie onderdeel 8.1.2).

In de casus die speelt bij Hof Amsterdam, was de zoon ouder dan 40. Maar deze zoon had een inwonende vriend die nog geen 40 jaar oud was en met wie hij een notarieel samenlevingscontract had.

Met een beroep op de goedkeuring uit het besluit, vond de zoon dat hij recht had op de vrijstelling. Maar de belastinginspecteur vond van niet. Die vond de vriend van de zoon namelijk geen ‘partner’. Uiteindelijk moet het Hof Amsterdam een oordeel vellen.

Oordeel Gerechtshof
De hoge schenkingsvrijstelling is in artikel 33 van de Successiewet geregeld. Ook de goedkeuringen in het besluit van 2018 hebben betrekking op de Successiewet. Dat geldt dus ook voor het partnerbegrip dat in dat besluit wordt genoemd. Het lastige van Nederlandse fiscale wetgeving is, dat er naast het standaard partnerbegrip van artikel 5a Algemene wet inzake rijksbelastingen in de meeste belastingwetten uitbreidingen en/of uitzonderingen op die hoofdregel worden gemaakt. Voor de Successiewet geldt dat ook. In artikel 1a SW is opgenomen dat op hetzelfde adres wonende ongehuwde meerderjarigen partner zijn, als ze een notarieel samenlevingscontract hebben waarin een wederzijdse zorgverplichting is opgenomen.

Over dat laatste criterium gaat de discussie. In het samenlevingscontract van de zoon staat enerzijds dat het de bedoeling is om een wederzijdse zorgplicht jegens de ander overeen te komen. Maar anderzijds staat er letterlijk: “Zij wensen dit zelf in onderling overleg, buiten deze akte en de notaris te regelen.” Door deze zin, wordt de wederzijdse zorgverplichting dus juist uit het contract gehaald. Daarmee wordt niet voldaan aan het partnerbegrip in de Successiewet. De jongere vriend is dus geen partner en zijn leeftijd is niet doorslaggevend voor de schenkingsvrijstelling. Dat is die van de zoon zelf en die is ouder dan 40. De vrijstelling is niet van toepassing.

Voor uw praktijk
Het nieuwe kabinet is van plan de eenmalige schenkingsvrijstelling voor de eigen woning af te schaffen. Dat blijkt zo ingewikkeld, dat het nog tot 2024 moet duren. Overigens is er op 2 februari 2022 een motie ingediend die de vrijstelling dan maar moet verlagen. In elk geval bestaat tot de afschaffing (of verlaging als de motie wordt uitgevoerd) de kans dat men in de aanloop naar dit verbod nog snel gebruik wil maken van die vrijstelling. En dat u daarbij geraadpleegd wordt. Als dat zo is, let dan altijd goed op alle voorwaarden, waaronder de invulling van het begrip partner bij de partnervoorwaarde. De komende tijd blijft dit onderwerp nog actueel.