SEH Adviespocket

H o o f d s t u k 2 F i s c a l e r e g e l s r o n d h y p o t h e k e n | S E H A d v i e s p o c k e t 2 0 19 A c t u a l i t e i t e n 26 Hoofdregels rond erven Om in aanmerking te komen als erfgenaam, moet deze aan voorwaarden voldoen. Bloedverwanten en echtgenoten Volgens de wet kan alleen eigen familie erven. Onder eigen familie vallen bloedverwanten. Aanverwanten zoals schoondochters, schoonzonen, schoonzussen en zwagers zijn geen bloedverwanten van de overledene. Zij kunnen niet volgens wettelijke regels erven. Ongehuwd samenwonende partners Samenwoners, ook samenwoners met een notarieel samenlevingscontract, erven niet volgens de wet van elkaar. In een samenlevingscontact kunnen ze wel regelen dat gemeenschappelijke bezittingen na het overlijden van de ene partner eigendom worden van de ander. De langstlevende erft die zaken niet, maar krijgt ze op grond van een verblijvingsbeding in het samenlevingscontract. Testamentair of wettelijk erfrecht In een testament is bepaald wie de erfgenamen zijn. Is er geen testament, dan bepaalt het wettelijk erfrecht wie de erfgenamen zijn. Het wettelijk erfrecht verdeelt erfgenamen in vier groepen: Groep 1: echtgenoot, geregistreerd partner en eigen kinderen (geen pleeg- of stiefkind). Kleinkinderen, als de kinderen niet meer leven. Groep 2: ouders, broers en zussen. Als broers en zussen niet meer leven, hun kinderen. Groep 3: grootouders Groep 4: overgrootouders De erfgenamen worden in volgorde van de groepen opgeroepen. Zolang er nog een erfgenaam in een groep is, komt een volgende groep niet aan bod. Zijn er helemaal geen erfgenamen? Dan gaat de erfenis naar de staat.